zondag 19 oktober 2008

De test van de drie trechters

Socrates, de Griekse filosoof, werd bezocht door een vriend, die haast over zijn woorden struikelde om hem een nieuwtje te vertellen over een gemeenschappelijke vriend.

‘Wacht even’, zei Socrates, ‘Voor je begint wil ik je een drietal vragen stellen.

Ten eerste, weet je zeker dat het waar is, wat je over onze vriend gaan vertellen ?’

- ‘Nee, ik heb het van horen en zeggen. Ik heb me er niet van overtuigd.’

‘OK, je weet niet zeker of het waar is. Is het dan iets goeds wat je over deze man gaat vertellen ?’

- ‘Nee, eigenlijk integendeel. Het is een sappig verhaal.’

‘OK, je wilt me iets vertellen waarvan je niet zeker weet of het waar is, en het is iets wat deze persoon, in een ongunstig daglicht plaatst. Is het dan misschien nuttig, dat ik het weet ?’

- ‘Nou ja, nuttig. Het is eerder iets om te lachen, om die persoon belachelijk te maken.’

‘Dan, mijn vriend, komt jouw verhaal niet door mijn test van de drie trechters, en hoef ik het ook niet te horen !’

Socrates laat in dit verhaal twee dingen duidelijk zien:

1) hoe je grenzen stelt, hoe je een filter kunt definiëren en gebruiken om te bepalen wat je wel wilt horen en wat niet ;

2) hoe je ‘nee’ zegt, op een vriendelijke en besliste wijze, op een manier die je gesprekspartner in zijn waarde laat .

Dat zijn twee vaardigheden die nauw met elkaar verbonden zijn en die je helpen productiever te worden.

Het stellen van grenzen wil zeggen dat je je uitspreekt over wie je bent, over wat je doet, over wat je belangrijk vindt in het leven, wat de bril is waarmee je naar de dingen kijkt.

Als je dat doet, markeer je als vanzelf ook hetgeen je niet doet, wat je niet belangrijk vindt en welke bril of hoed je niet draagt. Dat kan strijdig zijn met het idee dat je ‘alles weet’ en overal een oplossing voor moet hebben. En wel nu, en wel de perfecte oplossing.

Het leren ‘nee’ zeggen, is aan de ene kant een logisch uitvloeisel van het stellen van je grenzen. Aan de andere kant is het op ‘assertieve wijze nee zeggen’ een vaardigheid, die je aan kunt leren.
Als je zodanig verstrikt of verstikt dreigt te raken in de problemen van anderen, dat ze jouw productiviteit doen kelderen, vraag je dan af in welke business je zit.

Wat is het ultieme doel van je aanwezigheid, van je rol, van je functie ?

Is dat het plakken van pleisters, en het tonen van sympathie ? Dat zijn activiteiten die buitengewoon nuttig zijn en troost bieden. Als dat je taak en functie is, dan is de manier om productiever te worden je daarin te perfectioneren.

Of word je geacht degene door wiens lot je bewogen wordt een stap verder te helpen ? Dan zit je in een andere rol en past een meer empathische benadering.

Sympathie staat voor medelijden, medeleven en mededogen. Empathie staat voor 'de wil om te begrijpen', voor inlevingsvermogen.

Zeker in situaties van grote emotionele betrokkenheid, is het niet te altijd te voorkomen dat sympathie even de overhand heeft, maar empathie is het uiteindelijke doel. Als je daarin productiever wilt worden, dan vraag je je af:

- Hoe versnel ik het pad van emotie naar empathie naar aanzet tot oplossing van de problematische situatie, waarbij de betrokkene zelf zoveel mogelijk tot actie aangezet wordt ?

- Hoe perfectioneer ik mijn empathie ? Door beter te luisteren ? Door betere vragen te stellen ? Door iets anders ?

Ik sluit af met een aantal vragen om jezelf te stellen als je merkt dat emoties je productiviteit in de weg zitten:

- Welke grenzen stel ik voor wat ik wel en wat ik niet wil horen ?

- Hoe leer ik op ‘assertieve’ (dat wil zeggen: duidelijke, overtuigende en niet-aggresieve) wijze ‘nee’ te zeggen ?

- Hoe bevrijd ik me van mijn idée-fixe van perfectionisme, van dat ik degene ben die voor alles een (liefst pasklare) oplossing heeft ?

- Welke vragen stel ik, om op de dynamiek van de emotie, iets in beweging te zetten, in plaats van dat de emotie me verlamt ?

- Heb ik het verschil tussen empathie en sympathie scherp voor ogen ?

Succes met het vinden van de juiste dosis emotionele betrokkenheid in je werk, of bij wat je doet. Een betrokkenheid waarbij je hoofd koel en je hart warm is.

Geen opmerkingen: